Tocht

Zo jammer dat ze weg zijn.

De zijkanten.

De gure wind trotserend liep je gebogen met je paraplu, duwend tegen de wind, voorover gebogen het kruispunt over. Wegspringend voor opspringende plassen. 

Auto’s vallen consequent aan. Als een golf waarvan je weet dat die zal komen. 

Maar je was er bijna, in het bushokje.

Je kroop in de gleuf, tussen de zijkant en de achterwand. 

En daar stond je, veilig, spat- en windstil. De bus zou komen. Je keek nog eens op het grote blad met de reistijden, strak ingekaderd en hoorde achter je het geruis van autobanden over het natte wegdek.

Je kon er voor kiezen te gaan zitten op het bankje.  Een voorgevormd bankje was het.

Ken je dat nog? In plastiek, gebroken geel en je billen pasten er makkelijk in. Achteraan had je een mini ruggesteun. 

Wel, mijn hart breekt, maar ze zijn er niet meer. De welgevormde buskotjes.

Geen zijkanten. Enkel een achterwand en een dakplaat, maar geen zijkanten!

Wat moet ik nu beste Meneer en Mevrouw De Lijn?

Hopen op een dikkerd die naast me plaats neemt en de wind stopt?

Van mijn ene voet op mijn andere wippen en met bevroren vingers proberen een ticket te kopen op mijn gsm via jullie app?

Ik mag de chauffeur niet meer storen.

Enkel 40 plussers hebben heimwee naar een 10 ritten kaart.

Of de stempelkaart van de BIB. 

Daar moet ik al helemaal niet over beginnen.