Verboden te winnen

Verboden te verliezen is juister.

Onze maatschappij is heel voorzichtig geworden. We zijn bang om een kind te ontgoochelen en te laten kennismaken met het gevoel niet gewonnen te zijn.

Is er een verkleedwedstrijd, kleurwedstrijd, verkiezing van het mooiste kraam op de rommelmarkt …. je mag er zeker van zijn dat er géén mooie prijs ligt te wachten voor de beste kandidaat, neen de jury heeft uiteindelijk beslist álle deelnemers in de prijzen te laten vallen, lees, of begrijp : een prijs in de vorm van een zakje snoep voor iedereen die zich liet beetnemen. Want zo voelt het aan, niet alleen voor de mama’s (soms ook enkele ijverige papa’s, maar toch vooral de mama’s) die urenlang bedenken hoe ze een ongewassen bleek net uit bed gezichtje van hun spruit kunnen omtoveren in een blinkend ruimtewezen met 1 groot vierkant oog en sprieterige stalen antennetjes op het voorhoofd, hoe ze van saaie tafels op een rommelmarkt een aantrekkelijke en originele verkoopstafel kunnen maken. Boomstammetjes dienen als schap voor te weinig gedragen satijnen pofrokjes, een grote tak wordt de perfecte kapstok voor zelfgemaakte kettinkjes ( 2 door de dochter, de rest gemaakt tijdens te late avonduren), een kleurrijk tafelkleed verbergt de verroeste metalen poten van de eettafel en een kartonnen kabouter lokt de rondslenterende, eerder gierige, kopers. “neen de kabouter is niet te koop”, ” neen de boomstammen houden we bij, onze excuses.” Spelletjesdozen worden afgestoft, pionnetjes geteld, schoentjes opgeblonken en als een bruidstaart gestapeld. Die keer dachten moeder en dochter echt wel met de hoofdprijs te gaan lopen. Er stond een barre en gure wind en rondom ons hadden de meeste verkopers hun spullen gewoon op een plastic zeil uitgekieperd, of niet uitgekieperd, je mocht de dozen zelf uitrommelen. Ons kraam won vele “oh’s en ah’s” van voorbijgangers, maar op het einde van de dag wonnen we net zoals alle andere deelnemers een ballon en een sticker. Misschien was er ook een drankje bij, een brikje appelsap van een huismerk.

Het gaat me natuurlijk niet om de waarde van de prijs, het gaat me om het wegnemen van de kans op de beste te zijn. Mijn oudste dochter kan ik niet meer motiveren om deel te nemen aan kleurwedstrijden. “Het maakt niet uit mama, ik kan even goed 3 strepen krabbelen en ik krijg ook een zak snoep”. Wat zeg ik hierop? Dat dat jammer is.