Donkere hemels

Een tijdje geleden werd er nieuwe straatverlichting geïnstalleerd.
Led.
Zuinig.
Ook koud, ongezellig en aan onze gevel!
De bestelling en beslissing voor het vernieuwen van deze lichtbronnen werd waarschijnlijk jaren geleden genomen, toen de “warmere” led lampen nog niet bestonden.
Nu hangt er dus een witte spot die wel 3 voetbalvelden zou kunnen oplichten.
Kaarsjes en sfeerverlichting hebben in mijn living nu weinig zin, ik lijk me na het avondeten op een filmset te bevinden, helaas zonder regisseur die me de juiste aanwijzingen geeft of setdresser die de attributen na gebruik opruimt.
Herinner je je de warmgele gloed die over stille en lege straatjes sluierde? Je droomt er een kat bij die je laag tegen de grond ziet wegglippen, een steegje in. Zag je die uil?
Ik niet meer, gevlucht, ook mijn plantjes aan de gevel en op de stoep krijgen geen nachtrust meer, ratten en muizen blijven diep onder de grond, ver weg van het witte licht.
Ik probeer me voor te stellen hoe ik een zak over de lamp krijg getrokken, of een stukje folie tegen de spot kan plakken.
In Nederland worden er reizen georganiseerd naar donkere gebieden, om de sterren te kunnen zien. Want het is zoeken hoor, naar een propere hemel.
Eentje die niet te lijden heeft onder lichtvervuiling.
Naar het schijnt duurt het 20 minuten voor onze ogen wennen aan donkerte, daarna zie je plots weer waar onze ogen toe instaat zijn, kijken in het donker!
We weten niet meer wat het is.
We zouden perfect in het donker kunnen fietsen en wandelen, toch als er geen lampen zouden staan, ze verstoren namelijk telkens de afstelling van onze ogen.
Het zijn net de schaduwen die lampen veroorzaken die ons kijken bemoeilijken.
Ik zou het zo graag willen. Een donkere hemel. Dan zie je weer sterren.
Ik vrees dat ik de bange mens niet meekrijg.
Maar ik teken de enquête: Terug naar het donker.